Hokjesdenken: introvert of extravert?

hokjesdenken

Ik heb een hekel aan hokjesdenken en toch doe ik het zelf ook.

Om als zelfstandig ondernemer herkenbaar te zijn voor de doelgroep waar ik graag mee werk profileer ik me als trainer/coach voor introverte professionals. En voor dit doel werkt het ook prima, hoewel een enkele deelnemer de term ‘introvert’ niet op de factuur wil hebben. Vanwege de beeldvorming die dat oproept in de organisatie.

En daar zit nu precies mijn pijn. Want niemand is extravert of introvert. Er is geen enkel criterium waarop je mensen kunt indelen. En al zou het wel kunnen, dan nog zegt zo’n indeling niets over het gedrag dat mensen zullen vertonen in een bepaalde situatie. De reden dat ik, net als veel anderen, de 2-deling wel gebruik is om aandacht te krijgen voor de onderwaardering van introverte kwaliteiten en de overwaardering van extraverte kwaliteiten, met name op de werkvloer.

De mate waarin je introvert of extravert bent is een onderdeel van je persoonlijkheid. Het is een karaktertrek die voor circa 50% erfelijk is bepaald en gedurende je leven redelijk stabiel blijft. Verschillen in de verhoudingen van neurotransmitters in onze hersenen, waaronder dopamine, spelen hier een rol. De as introvert – extravert is een glijdende schaal met duidelijke verschillen tussen de uiteinden. De meeste mensen bevinden zich ergens in het midden van de schaal, en ongeveer  een derde van de mensen zit meer aan de introverte kant van de verdeling. Wat betreft één aspect van je persoonlijkheid wel te verstaan.

Als we iemand in een categorie plaatsen kennen we hem of haar automatisch alle (vermeende) eigenschappen van die categorie toe. Het label ‘introvert’ staat voor veel mensen gelijk aan: stil, teruggetrokken, weinig energiek, werkt liever alleen, heeft een hekel aan small talk, misschien zelfs een beetje saai. Ik snap heel goed dat je als medewerker niet in dat hokje geplaatst wilt worden nu we op ons werk geacht worden om vooral energiek, enthousiast, pro-actief, sociaal en zichtbaar te zijn.

Het risico van hokjesdenken is dat we geen oog meer hebben voor de enorme verscheidenheid aan situaties en mensen en voor het individu dat zich en in een bepaalde context op een bepaald moment op een bepaalde manier gedraagt.

Maar niets menselijks is ons vreemd, wat betekent dat we nu eenmaal ten prooi vallen aan psychologische mechanismen waaronder hokjesdenken. Het maken van categorieën is een heel vroeg psychologisch overlevingsmechanisme, een natuurlijk proces dat oordeelsvorming stimuleert. Een leven zonder hokjesdenken zou praktisch onmogelijk zijn. Hiertegen vechten heeft weinig zin, ons ervan bewust zijn wel. De uitdaging is dan ook om telkens moeite te blijven doen om je eigen aannames te falsificeren.

Afgelopen december zag ik Claudia de Breij met haar nieuwste show (een absolute aanrader!). Een energieke, enthousiaste entertainer die 90 minuten lang haar publiek weet te boeien. Een behoorlijk extravert type zou je denken. Maar als je haar bij Zomergasten 2017 hebt gezien weet je inmiddels beter: ze voelt zichzelf meer introvert. Ze heeft een boodschap die ze wil vertellen en het theater geeft haar een podium om dat te doen.

De mensen die naar mijn trainingen komen vinden meestal datgene waarnaar ze op zoek waren. Hun leerwensen zijn vergelijkbaar, ze vinden herkenning bij elkaar en hebben onderling snel een klik. In die zin heeft de beeldvorming zijn werk gedaan, in dit geval op een effectieve manier. Tja, misschien ga ik mijn aanname dat ik niet in hokjes mag denken maar eens onder de loep nemen…..